Samenvatting van de lezing:
”De verborgen verleiding om ons leven zelf in handen te houden
en niet aan Christus te geven.”

Gegeven op 17 november 2002 door Pieter van Acoleyen.

Het thema van de lezing is de verborgen verleiding die ons ervan afhoudt niet Christus te laten leven in ons, maar zelf ons leven in handen te houden. De tegenkracht maakt gebruik van alle mogelijke begoochelingen om onze wil niet aan de Heer Jezus Christus over te geven.

In de Jeugd van Jezus, het laatste hoofdstuk, lezen we hoe Jezus van zijn twaalfde tot zijn dertigste geleefd heeft. Hij moest in die jaren met Zijn wil de zwakheden van zijn ziel bestrijden. Die zwakheden waren trots, heerszucht, vrijheidsdrang, drang naar een goed leven, hang naar vrouwen en toorn. We lezen ook hoe hij dat deed.

In de aanvang van het grote Johannes Evangelie lezen we de tweespalt die de mens in zich heeft, van de ene kant het gevoel niets te zijn, van de andere kant het gevoel aan God gelijk te willen zijn. Maar wij zijn wel uit God en in God, niet God zelf. Wij ervaren strijd omdat ook wij onzuiverheden in ons dragen. Onze zielen zijn een samenraapsel van zielenpartikels van planten, dieren, ouders, sterrenwerelden. En dan komt de opvoeding nog. In onze opvoeding ligt eenzijdig de nadruk op het materiële, het wereldse. Onderwijs is er bij ons hoofdzakelijk op gericht vaardigheden en kennis op te doen om in de uiterlijke wereld zijn toekomst te maken. Er zijn veel verlokkingen om niet een persoonlijke band met Jezus te hebben en te bidden. De tegenkracht zorgt ervoor dat mensen afgeleid worden, bijvoorbeeld door ceremonieel kerkbezoek, door het hoofd vol te stoppen met oppervlakkigheden, tijd op te slurpen zodat er geen tijd meer is om naar binnen te gaan. We zien veel gerichtheid op macht, genot en bezit. Door het geweten en door Gods Woord wordt ons de mogelijkheid gegeven daarin niet verstrikt te geraken.

Schijnapostelen van de New Age
Gelukkig houdt de mens in zich ook een heimwee naar het religieuze. Tactiek van de tegenkracht is dan dat voedsel te geven op een zodanige manier dat het wezenlijke niet gezien wordt. Bijvoorbeeld spirituele cursussen, zoals die onder de vlag van New Age rijkelijk voorhanden zijn. Helderzienden zien en verkondigen zaken van de onzichtbare wereld, maar in het merendeel van de gevallen blijft dat beperkt tot de astrale wereld en is dat geen kennis uit de goddelijke wereld. Paulus spreekt van schijnapostelen als iemand een andere Jezus preekt of een ander evangelie. Als men in de kerk geen voedsel krijgt, kan het verleidelijk zijn met zo’n schijnapostel in zee te gaan. Paulus schrijft over de antikracht die zich kleedt als het licht. Die bedient zich van wonderen, bovenmenselijke onzichtbare krachten.

Vaak geeft men samenraapsels, met inwijdingen, die soms veel geld kosten. Zo wordt er gesproken van grote meesters die de wereld leiden, onderaan in de hiërarchie staat dan ook nog de meester Jezus. Pieter noemt o.a. ‘de Meesters van het Verre Oosten’, ‘de theosofie’, ‘Brahma Kumaris’. Zij nemen een aantal zaken uit de godsdiensten en brengen dat samen als de nieuwe universele wereldgodsdienst. Zij die dat niet goed vinden zijn fundamentalisten in hun ogen. Hun leer is: “De mens is God, ik ben God, ik heb geen verlosser nodig”. Jezus heeft volgens hen niet geleden, en bleef nog een aantal jaren na de kruisiging op deze wereld. Zij leggen de klemtoon op een persoonlijke groei, waarbij geleidelijk elk karma uitgezuiverd wordt en men terugkeert tot zijn ware goddelijke identiteit en zelf meester wordt.

Zichzelf bevrijden
Ook bij anderen lees je dat je jezelf moet bevrijden en dat je dan vervuld wordt van inspiratie en openbaring. Veel doorgevingen en openbaringen doen zich voor als van goddelijke oorsprong en komen toch uit een negatieve bron die zich gaarne als God voordoet om geloofwaardig te klinken. Er wordt dan gesproken over veel mooie zaken zoals liefde en zelfverwerkelijking. Deemoed hoor je veel minder in deze stromingen. Vaak zit er veel goeds in, anders is het niet aantrekkelijk, maar verborgen ontdek je toch dat het niet zuiver is. Waakzaamheid en onderscheiding van de geest is noodzakelijk. Het valse Christusbeeld lijkt vaak heel sterk op de echte Christus.

Iedereen wordt geboren met goede en kwade neigingen in zich, gelijk ook Jezus uit zijn menselijke natuur. Er zit meer van die ballast in ons dan we zelf vermoeden. Wij zijn van goede wil, gelijk Petrus. Maar dan komen de beproevingen, een lange fase vaak, noodzakelijk omdat ze onze zwakke kanten openbaren, het negatieve in ons naar boven halen. Dit kan ons tot ontreddering brengen en alleen geraken wij er niet uit, omdat de demonische wereld ons daarin probeert vast te houden.

Toen in Zijn lijden en naderende dood de Godheid van Hem week, ervoer Jezus de kolossale duisternis waarin de mens gedompeld is. In Zijn uiterste liefdevolle overgave aan de Vader overwon de Heer elke demonische macht. Deze overwinning wil Hij ons meedelen vanuit onze verbondenheid met Hem. Hij overwint in ons. En elke overwinning die Hij behaalt in ons heeft ook zijn positieve weerslag op onze medemensen. In Zijn overwinning sloeg Hij de brug tussen God en mens en ligt de eenheid met de Vader en tegelijk onze hoogste vervulling als mens binnen bereik.

Het idee van karma krijgt hierdoor een heel andere invulling. Niet meer de idee van eigen schuld, dikke bult, en nu moet je de gevolgen maar dragen en uitwerken in een reeks van latere incarnaties. Berouwvolle zondaars als Maria Magdalena en de goede moordenaar kregen nooit van Jezus te horen dat ze nu maar in latere levens de gevolgen zouden moeten dragen, wel de kans om een nieuw liefdevol leven te leiden. Deemoed, barmhartigheid en genade, zijn de grote kenmerken van Zijn Geest.

Als besluit:
1. De duivel is God omgekeerd omdat elke werking van de duivel ondergeschikt is aan Gods liefde. De antikracht kan alleen maar helpen door zijn negativiteit dat we open komen voor de liefde van de Heer. Je weet je gedragen door de tedere hand van Gods Liefde. De materie is antikracht. Jezus bekleedt zich met de hevigste antikracht die er is, neemt de materie op zich, zuivert deze en overwint daarin de werking van satan.
2. Het is God die ons stoten geeft in de beproevingen, opdat we niet zouden blijven zitten in het wereldse. Dat brengt ons op de knieën. Wij vochten tegen Gods liefde! Uiteindelijk moet ook de duivel ontdekken dat hij als instrument hiervoor gebruikt wordt.
3. “Vrees klopte aan de poort, vertrouwen deed open en er was niemand!” Wanneer we in een sterk geloof gevestigd zijn, mogen we alles tegemoet gaan in vertrouwen. Er is alleen Gods liefde.

De Vader komt mij tegemoet. Ik moet geen inwijdingsweg gaan, geen karma in komende levens goedmaken. In de ontmoeting met de Vader komt Hij met Zijn liefde in mij. Dan begint de omvorming van ons wezen door Zijn liefde. Dat proces gaat altijd door. We zijn uitgenodigd om te handelen in liefde en waarheid, gewoon dienstbaar, al zie je de wereld rondom in elkaar storten. Dit niet met het oog op uiterlijke beloning of profijt, om niet, alleen om liefde en waarheid zelf. Voor de wederkomst moet de zon verduisterd worden, maar Zijn liefde overwint uiteindelijk. Als de antikracht in ons overwonnen is, mogen wij in een dankbaar “Ja Vader” Gods liefde uitstralen en openbaren op onze eigen unieke wijze.